19
april 2001: VRI laat federatie Spits! links liggen
Door:
Chris Nap. Verschenen in AutomatiseringGids nr.16
De Vereniging
van Register Informatici (VRI) zoekt toenadering tot andere beroepsverenigingen
voor Informatici, maar laat de beoogde beroepskoepel Spits! voorlopig
voor wat het is.
De algemene ledenvergadering
van de beroepsvereniging VRI heeft zich vorige week uitgesproken tegen
verdere samenwerking met het NGI (Nederlands Genootschap van Informatici)
in Spits!, wat de federatie van beroepsverenigingen van ICT’ers
in Nederland had moten worden. De VRI-leden willen de contacten met
andere beroepsvereningen wel nieuw leven in blazen. „Maar zonder
veel pretenties,” zegt VRI-bestuurslid Henk Bothof.
De VRI-leden kozen ook een nieuw bestuur. Jan Verhoef is na voordracht
door het oude bestuur gekozen tot nieuwe voorzitter. Hij was van 1994
tot 1998 al VRI- bestuurslid en is volgens Bothof ’een echte VRI-man’.
R.W. de Graaf is gekozen tot penningmeester. De bestuursleden Arjan
van Dijk en Henk Bothof blijven in het bestuur.
In november stapten
VRI-voorzitter Jan Dietz en bestuurslid Humphrey van der Laan uit het
VRI-bestuur wegens verschil van inzicht met de rest van het bestuur
over de koers die de vereniging moest varen. Bothof nam het voorzitterschap
sindsdien waar. Penningmeester B. van Mulken is na vijf jaar afgetreden,
bestuurslid Jan Boogers heeft aangekondigd medio dit jaar te vertrekken.
Ton Karelse is wegens gezondheidsredenen afgetreden.
Permanente
educatie
De VRI gaat onderzoeken op welke manier de titel Registerinformaticus
gekoppeld kan worden aan een systeem voor permanente educatie. Nu kan
iedereen die ooit tot de vereniging werd toegelaten, lid blijven zonder
er veel voor te doen of zelfs zonder als informaticus werkzaam te zijn.
Bothof: „Het
is een kip-of-ei- dilemma. Als er geen inhoudelijke en periodieke eisen
aan het voeren van de titel Registerinformaticus worden gesteld, kalft
de titel af. Als de vereniging daar niets aan doet, schiet hij zich
in de eigen voet omdat de waarde van die titel dan ook verwaterd. We
gaan nu kijken hoe we dit het beste kunnen doen.”
De samenwerking tussen het NGI en de VRI liep in december 2000 stuk
op het VRI-voorstel voor professionalisering. Dat voorstel van het koppel
Dietz en Van der Laan hield in dat er zogeheten gilden in het leven
geroepen zouden worden. Het betekende in feite een reorganisatie van
de de VRI. Omdat er binnen het bestuur onvoldoende steun voor de plannen
van Dietz en Van der Laan bestond, stapten beide heren destijds uit
het bestuur.
NGI-voorzitter
Bert Melief, ook bestuurslid van Spits!, weet officieel nog niet van
het VRI-besluit om de Spits!-contacten op een laag pitje te zetten.
„Spits! heeft op dit moment last van een gebrek aan belangstelling
van de andere beroepsverenigingen”, zegt Melief desgevraagd. Spits!
werd opgericht om verenigingen als Norea (Beroepsorganisatie van IT-auditors),
GIA (Genootschap van Informatie Architecten), GvIB (Genootschap van
Informatie Beveiligers) en ITSMF (IT Service Management Forum) in een
federatie te verenigen. Melief wil geen commentaar geven op de stap
van VRI zich terug te trekken, omdat hij formeel nog van niets weet.
Eind mei zal de ledenvergadering van de NGI zich ook over de kwestie
Spits! uitspreken.
Volgens Steven
van ’t Veld, voorzitter van het GIA, is Spits! gesneuveld op de
dominantie van het NGI en VRI. „Ze hebben te weinig gekeken naar
wat de kleinere verenigingen voor ogen hadden. Wij mòchten deelnemen
en mòchten ons inkopen in Spits!. Sommige van de kleinere verenigingen
bestaan al vijftien jaar, dus dat sprak niet echt aan.
Arjan van Dijk, de man met drie petten gezien zijn bestuursfuncties
bij zowel VRI, NGI en Spits!, heeft veel tijd en energie in Spits! gestoken.
Hij vindt het jammer dat de timing niet goed was en er onvoldoende commitment
bleek te bestaan binnen de federatie. „Spits zal voorlopig in
de luwte blijven. Maar het paard is nog niet dood. We gaan het reanimeren
en een ander parcours lopen, alleen niet als paard van Troje. Je zou
kunnen zeggen dat we tot inkeer zijn gekomen. Beter ten halve gekeerd
dan ten hele gedwaald.”