3
april 2003: Negatieve verhalen over ICT dodelijk voor instroom
HBO-informatica
Door:
Ester Schop. Verschenen in AutomatiseringGids nr 14
Een snel
veranderende arbeidsmarkt, een dalende instroom, de omschakeling
naar een bachelor/masterstructuur, de conversie van vier naar
drie opleidingen: er gebeurt nogal het een en ander in de sector
informatica in het Hoger Beroepsonderwijs. Tijd voor een interview
met het HBOIbestuur.
Reactie
op het artikel "ICT-sector
heeft behoefte aan duidelijkheid rond functies en opleidingen".
Het HBOI, het
samenwerkingsverband van de HBOInformaticaopleidingen in Nederland,
vertegenwoordigt 44 opleidingen van 26 hogescholen. Gezamenlijk hebben
zij 20 duizend studenten, waarvan er jaarlijks zo’n drieduizend
met een diploma op zak de arbeidsmarkt betreden. Een gesprek met voorzitter
Pier Santema (Noordelijke Hogeschool Leeuwarden) en vicevoorzitters
Trudy Berends (Hanzehogeschool Groningen) en René Tönissen
(Hogeschool van Amsterdam).
Veel informaticastudenten zijn bang dat ze na het verlaten van de schoolbanken
direct aan moeten kloppen voor een uitkering. Is die angst terecht?
Santema: "De
laatste lichtingen worden niet meer door de detacheerders uit de schoolbanken
geplukt om ze snel weg te zetten, zoals twee jaar geleden regelmatig
gebeurde, maar het is ook weer niet zo dat starters rechtstreeks de
WW ingaan."
Tönissen: "Het afgelopen jaar kregen aan mijn hogeschool zo’n
150 informatici hun diploma en ik durf te zweren dat er niet één
werkloos is. Al zullen wij niet ontkennen dat er in de dienstverlenershoek
rake klappen vallen, waardoor er ook voor starters veel minder werk
is. De tijd dat je tijdens je studie even langs kon gaan bij een paar
bedrijven om je salariseisen op tafel te leggen, is voorbij. Maar ik
ben daar helemaal niet rouwig om. Studenten moeten weer leren solliciteren
en laten zien wat ze waard zijn. Dat is niet meer dan normaal."
Berends: "Ik vraag me af hoeveel van die duizenden werkloze ICT’ers
die zich hebben aangemeld bij het CWI een HBOInformaticadiploma
op zak hebben. Ik durf te beweren dat er onder die werklozen heel veel
mensen zitten die alleen een paar cursussen hebben gevolgd of voortijdig
zijn gestopt met hun opleiding."
Tönissen: "Je wilt niet weten hoeveel mensen die tijdens de
hype zijn gestopt met hun studie zich nu weer met hangende pootjes bij
ons melden. Zij hebben er nu last van dat ze niet gecertificeerd zijn.
Ik moet dan echt op mijn lip bijten om niet te zeggen ‘zie je
wel, ik heb het je gezegd’."
Hoe is
het gesteld met stageplekken in het HBOI?
Berends: "Tot nu toe kunnen we iedereen nog plaatsen. Maar de situatie
is wel snel veranderd: een tijdje terug konden we lang niet alle stageverzoeken
van bedrijven honoreren. De aanvragen stroomden binnen zonder dat we
er ook maar iets voor hoefden te doen. Nu moeten we er zelf aan trekken,
dat is ook voor ons even wennen."
Santema: "Wat wel speelt binnen het HBOI is het opdrogen van
duale trajecten. Het valt nu stil, omdat bedrijven heel voorzichtig
zijn geworden met investeren."
Berends: "Dat is jammer en kortzichtig. Over een paar jaar hebben
we weer een gigantisch probleem. Dan staan diezelfde bedrijven die nu
niet over de brug komen om het hardst om onze mensen te schreeuwen.
Het is snel gegaan hoor: twee jaar geleden was twee jaar HBO ruim voldoende
om uitstekend op de arbeidsmarkt te kunnen functioneren."
Tönissen: "Zelfs antropologie was een hele geschikte studie
voor een ICTfunctie."
Jullie kampen al een tijdje met een dalende instroom. Reden tot paniek?
Tönissen: "De vooraanmeldingscijfers blijven op peil vergeleken
met vorig jaar, maar het is nog steeds fors minder dan twee, drie jaar
geleden. Wij zijn dus niet tevreden. De negatieve verhalen over de sector
zijn dodelijk voor ons."
En hoe
zit het met de uitval in het HBOI?
Santema: "Uit onderzoek van VHTO bleek dat de uitval anderhalf
jaar geleden in het propedeusejaar schommelde tussen de 30 en 40 procent.
Dat is behoorlijk. De belangrijkste oorzaak voor het hoge aantal uitvallers
is dat er nog steeds geen helder beeld bestaat bij scholieren over wat
informatica precies inhoudt. Het verplicht stellen van het keuzevak
informatica in het voortgezet onderwijs zou een forse stap in de goede
richting zijn om scholieren een beter beeld te geven van de studie en
het vakgebied. Helaas zit dat er op korte termijn niet in."
Tönissen: "Er zat in de hypeperiode ontzettend veel kaf tussen
het koren. Er waren periodes dat wekelijks meerdere studenten in een
klas er de brui aan gaven. Dat is ontzettend slecht voor het moreel
van studenten en docenten. Wij hebben twee jaar geleden mensen die zich
op het laatste moment in de zomervakantie bij ons aanmeldden bewust
ontmoedigd. Er gingen brieven de deur uit met de vraag ‘weet je
wel zeker dat je een informaticaopleiding wilt volgen?’ En wat
betreft derde of vierdejaars: zodra wij een student met een auto
onder zijn kont de parkeerplaats bij school op zagen rijden, wisten
we dat het afgelopen was. In negen van de tien gevallen kwam die niet
aan zijn diploma toe."
Steven van ’t
Veld van de Stichting ter Certificering van Informatie Architecten liet
zich onlangs in AG kritisch uit over het informaticaonderwijs. Zo zou
het Hoger Beroepsonderwijs geen duidelijk beeld hebben welke mensen
in de praktijk gevraagd worden en hoe het informaticaberoepenveld eruitziet.
Tönissen: "Die bewering is pertinent onjuist. Wij hebben de
afgelopen jaren juist veel moeite gedaan om in samenspraak met het beroepenveld
helder te krijgen wat de eisen zijn die aan onze afgestudeerden worden
gesteld. Dat heeft geleid tot het boekje ‘Bedrijfsprofiel en Opleidingsprofiel
HBOI’."
Santema: "Bovendien heeft iedere hogeschool via een werkveldcommissie
regelmatig contact met het bedrijfsleven in de eigen regio. Verder doen
vrijwel alle studenten minimaal een jaar ervaring op in de praktijk,
waardoor het overgrote deel van de docenten regelmatig in contact komt
met de afnemende partijen."
Verder stelt van ’t Veld dat er modieuze studies worden bedacht
om studenten aan te trekken, maar dat de inhoud vaak een wassen neus
is. Volgens hem holt de kwaliteit van het informaticaonderwijs achteruit.
Santema: "Waar baseert hij dat op? Het laatste visitatierapport
was lovend over vrijwel alle HBOIopleidingen. We zijn helaas
pas weer over twee jaar aan de beurt. Maar uit recente gesprekken die
de beroepenveldcommissie op mijn school heeft gehouden blijkt dat bedrijven
zeer tevreden zijn over onze laatste lichting studenten. Wij horen juist
dat ze veel beter zijn voorbereid op de arbeidsmarkt dan pakweg vijf
jaar geleden."
Tönissen: "De waaier aan informaticaopleidingen wordt aanzienlijk
teruggebracht. Het HBOI vertegenwoordigt straks alleen nog maar
drie opleidingen bedrijfskundige informatica (BI), informatica (I) en
technische informatica (TI). De drie nieuwe opleidingen vervangen vanaf
september 2003 de opleidingen computertechniek, hogere informatica,
bedrijfskundige informatica, en informatica & informatiekunde. Lijkt
me kristalhelder."
Hoe zit
het met de ontwikkeling van een brede bacheloropleiding in het HBOI?
Santema: "Omdat de HBOIopleidingen een positie innemen
tussen de sector economie en de sector techniek dreigde de ontwikkeling
van een informaticabacheloropleiding tussen de wal en het schip
te raken. Daarom hebben wij dit als HBOI opgepakt. Wij streven
naar een nieuwe brede opleiding voor de sector informatica: de Bachelor
of Information and Communication Technology (B ICT). De eerste aanzet
op hoofdlijnen is er, de komende tijd gaan wij dit nader uitwerken."