Een al
lang sluimerende discussie over de vraag of architecten in de informatievoorziening
zich architect mogen noemen, lijkt nu gevoerd te gaan worden. De Wet
op de Architectentitel, van 1 oktober 1993, stelt: “de titel architect,
(…) mag alleen gebruikt worden door een als zodanig in het register
ingeschreven architect, stedebouwkundige, tuin- en landschapsarchitect
of interieurarchitect”. Duidelijk genoeg, denk je, maar de praktijk
is anders.
Zover
we kunnen nagaan is de titel in de jaren ’60-’70 door IBM
in de informatie- en IT-wereld geïntroduceerd met de Systems Application
Architecture (SAA) en de Systems Network Architecture (SNA). Mensen
als John Zachman en James Martin bouwden het begrip uit. In de jaren
’90 kwam het gebruik van de titel echt op gang. Tapscott/Caston,
NGGO-GIA, Van Rees, Van der Sanden/Sturm en vele anderen hebben het
begrip onderbouwd en uitgebouwd. Tegenwoordig lijkt het zelfs of elke
informaticus en IT’er met architecturen bezig is.
In 1997
heeft Jaap van Rees een briefwisseling gevoerd met prof.ir. Wytse Patijn,
de toenmalige Rijksbouwmeester en daarmee dé onafhankelijk adviseur
van de regering. Professor Patijn citeert hierin de bij de Wet horende
Memorie van Toelichting: “de Wet heeft tot doel waarborgen te
scheppen voor de vakbekwame beroepsbeoefening door ontwerpers die zijn
betrokken bij de vormgeving van gebouw, stad en land (het gebied van
de gebouwde omgeving)”. Omdat het werkterrein van de jachtarchitect
en de nautisch architect enigszins buiten het gebied van de gebouwde
omgeving ligt, was er reden om in de wet een uitzondering te maken.
Volgens hem ligt het werk van de informatiearchitect in de sfeer van
de informatica en daarmee geheel buiten het gebied van de bebouwde omgeving;
dit zou dus in aanmerking komen voor eenzelfde uitzonderingspositie.
Professor Patijn ziet geen aanleiding om de wet te veranderen maar is
dus van mening dat het gebruik van de titel informatiearchitect (en
dat zal natuurlijk ook gelden voor de titels IT-businessarchitect en
IT-architect) toegestaan moet worden. Het zou ook erg onlogisch zijn
een andere titel te zoeken voor de mensen die zich nu informatiearchitect
noemen. En welke titel zou dat dan moeten zijn? Informatie Strateeg?
Informatie Ontwerper? Informatie Bouwmeester? Informatievoorzieningsinrichter?
Ze passen geen van allen.
Als je
‘het gebied van de gebouwde omgeving’ vergelijkt met wat
we informatieinfrastructuur noemen, dan zie je veel vergelijkbaars.
De eerste is reëel, de tweede virtueel. De ‘ontwerpers die
betrokken zijn bij de vormgeving van gebouw, stad en land’ mogen
zich architect noemen en het is niet logisch dat de ontwerpers van applicaties,
infrastructuur en informatievoorziening dat niet zouden mogen.
Er zijn
overwegingen van heel andere aard. Het is logisch dat de organisatie
die het Register van Architecten beheert mensen aanschrijft die niet
aan de wet voldoen. De informatie- en IT-wereld bestaat nu 50, misschien
60 jaar, waarbij de laatste 30-40 jaar de titel architect gebruikt wordt.
Er zijn grote investeringen gedaan in de informatiearchitect, de IT-businessarchitect
en de IT-architect. Daarmee is een economisch belang opgebouwd. En dan
spreken we nog niet over wat de laatste jaren in het onderwijs is ontstaan.
Het is niet meer vooral een vraagstuk voor VROM, maar ook voor andere
ministeries zoals OC&W en EZ.
Nog een
ander argument is dat Nederland een EG-land is. In andere Europese landen
wordt de titel architect net als hier gebruikt. En dan spreken we nog
niet eens over de snel groeiende interesse en invulling die de titel
in de Verenigde Staten en Canada krijgt.
De wet
is duidelijk. Het is jammer dat in 1993 nog niet zo expliciet over architecten
in de informatievoorziening gesproken werd als nu. Anders waren de titels
informatiearchitect, IT-businessarchitect en IT-architect vast genoemd
in het rijtje jachtarchitect en nautisch architect. Nu is dat niet zo
en moeten we er een discussie over voeren. Jammer, we hebben wel wat
anders te doen.